Corona drukte ons met onze neuzen op de feiten: als we bang zijn, doen we rare dingen. We schoten door in angst en sloegen aan het hamsteren. We schoten door in ontkenning en gingen met z’n allen de natuur in. Doodsangst doet vreemde dingen met mensen.
In het vorige blog uit deze serie vertelde ik hoe mijn eerste reactie op doodsangst de hamster in mij had losgemaakt. Het eindigde met mijn voornemen om zonder chronische stress te leven ondanks de voortdurende bedreiging van mijn fijne leven.
Een mooi voornemen, maar hoe doe je dat? Is zoiets überhaupt mogelijk? Dit blog gaat over het belang van geloven dat dat mogelijk is. Voorbeeldfiguren zijn de sleutel. Deel 3 uit de serie “leven met doodsangst voor beginners”.
Goed voorbeeld doet goed volgen
Op het eerste gezicht lijkt het onmogelijk. Ontspannen leven met doodsangst. Wie doet dat nou? Was deze wens niet typisch een uiting van mijn koppigheid het onmogelijke te willen? Ik geef toe dat ik die mogelijkheid overwogen heb.
Als je er iets langer over nadenkt, dan blijkt het helemaal niet zo zeldzaam. Denk om te beginnen aan alle kankerpatiënten die om de zoveel tijd voor controle gaan. Is de tumor gekrompen of zijn er uitzaaiingen? Elke controle is spannend. Sommige mensen zijn daar voortdurend mee bezig en hebben veel last van stress. Anderen veel minder – hoe komt dat?
Denk ook aan mensen met progressieve aandoeningen, die leven met de wetenschap dat ze verder achteruit zullen gaan. Of mensen met erfelijke aandoeningen in de familie. Die weten dat ze een tikkende tijdbom in hun lijf hebben. De meesten lijken daar weinig mee bezig te zijn.
Als je er even over nadenkt, zijn er voorbeelden genoeg. Afkijken is een goede manier van leren. Kijk naar de sterren! Wie waren mijn voorbeelden?
Stephen Hawking
Een van mijn voorbeelden was Stephen Hawking, wereldberoemd theoretisch natuurkundige (ik studeerde sterrenkunde!). Als tiener had ik zijn boek ‘Het heelal’ gelezen en herlezen. Tijdens mijn studie maakte ik kennis met zijn wetenschappelijk werk: Hawkingstraling en de theorie van alles, de heilige graal van de theoretische natuurkunde.
Stephen Hawking had ook ALS. ALS is een ziekte waarbij het contact tussen het brein en de spieren verloren gaat. Patiënten raken langzaam meer en meer verlamd. De meesten overlijden binnen een paar jaar. Er waren en zijn geen medicijnen. Als je de diagnose krijgt, weet je wat je te wachten staat. De koplampen zijn helder en komen razendsnel op je af.
Stephen Hawking overleed niet snel. Toen ik studeerde was hij al meer dan 30 jaar ziek. Hij zat in een elektrische rolstoel en communiceerde via een spraakcomputer die hij bediende met de laatste spieren waarover hij controle had. Eerst met twee vingers, toen dat niet meer lukte met zijn wang. Letter voor letter, woord voor woord.
Bedenk wat dat betekent: zonder controle over tenminste één spier, geen communicatie. Verlies je controle over die laatste spier, dan zit je – volkomen helder van geest – opgesloten in je eigen lijf. “Wat een nachtmerrie,” dacht ik. “Stel je voor, eindelijk krijg je die briljante inval over die theorie van alles. En op dat moment verlies je controle over die laatste spier…”
Misschien lijkt jou dat het minst erge van de situatie. Wat doet die theorie van alles ertoe? Bedenk: ik was alleenstaand, begin twintig en een ambitieuze student. Volkomen helder zijn maar niet kunnen communiceren is ongeacht wat je zou willen uitwisselen een nachtmerrie.
Stephen Hawking overleed pas twee jaar geleden na ruim vijftig jaar ALS te hebben gehad. En al die tijd heeft hij geleefd met hoofdletters! Hij trouwde en kreeg drie kinderen. Hij reisde de wereld over voor zijn werk. Hij schreef een bestseller: ‘Het heelal’ is Nederland nog steeds verkrijgbaar, inmiddels in de zesentwintigste (!) druk.
Het zal niet altijd rozengeur en maneschijn geweest zijn, zeker niet voor zijn vrouw en kinderen. Maar leven deed hij. “Verlamd van angst” was zeker niet van toepassing op hem. Kijk maar eens hoe hij gewichtsloosheid ervaart tijdens een zogenaamde “paraboolvlucht”.
Jouw voorbeeld
Langzaam ontstond het geloof bij mij dat ik mijn leven niet hoefde te laten bepalen door angst en ziekte. Hoe – daarover binnenkort meer.
Welke mensen ken jij die leven met een voortdurende dreiging? Hoe gaan ze daarmee om? En wat kun jij daarvan leren? Stuur me een mail over jouw inspiratiebron of laat een bericht achter op LinkedIn!
Voorlopig ben ik nog juf voor mijn zoon en schrijf ik tussen de instructies, bemoedigende woorden en tafelbingo’s verder aan deze serie. Volg me op LinkedIn om op de hoogte gehouden te worden.
De vorige blog uit deze reeks kun je hier lezen.